Thema: Medisch-tandheelkundige interactieW. Nesse1, F.K.L. Spijkervet1, F. Abbas2, A. Vissink1
Relatie tussen parodontale gezondheid enalgemene gezondheid 2Vroeggeboorte, diabetes en auto-immuun-ziekten
De parodontale gezondheidsstatus heeft mogelijk invloed op de algemene gezondheid.
Er lijkt een verband te bestaan tussen parodontitis en vroeggeboorte of laag geboortegewicht. Parodontale
behandeling bij zwangere vrouwen met parodontitis lijkt de kans op vroeggeboorte of laag geboortegewicht te
kunnen verminderden. Daarnaast bestaan er aanwijzingen dat parodontitis een risicofactor is voor het ontregelen van
de bloedsuikerspiegel bij diabetespatiënten. Het behandelen van parodontitis om een betere bloedsuikercontrole te
bewerkstelligen lijkt alleen zinvol indien naast parodontale interventie tevens systemische antibiotica worden
gebruikt. Onderzoek naar mogelijke relaties tussen parodontitis en auto-immuunziekten staat nog in de
kinderschoenen. Nadere onderzoeken naar de relatie tussen parodontale gezondheid en algehele gezondheid zijn
gewenst, en kunnen mogelijk nieuwe therapeutische opties opleveren.
Nesse W, Spijkervet FKL, Abbas F, Vissink A. Relatie tussen parodontale gezondheid en algemene gezondheid 2. Vroeggeboorte, diabetes en auto-
Ned Tijdschr Tandheelkd 2006; 113: 191-196
Inleiding
eerd met parodontitis. In dit artikel zal aan de hand van een lite-
Translocatie van micro-organismen uit de mondholte naar ande-
ratuuroverzicht de associatie van parodontitis met vroegge-
re plaatsen in het lichaam lijkt van invloed op de algehele gezond-
boorte, diabetes mellitus en reumatoïde artritis worden bespro-
heid. Parodontitis lijkt, als chronische infectie, bij uitstek geschikt
ken. Voor een beschrijving van de gevolgde methodologie bij het
om elders in het lichaam voor problemen te zorgen. Dit gezien
literatuuronderzoek wordt verwezen naar deel 1 van dit artikel
de chronische aard van de infectie, een langdurig ontstekings-
(elders in dit themanummer Nesse et al, 2006).
proces dat vrij onopgemerkt kan verlopen, vanuit een biofilm,een micromilieu dat vrij ongevoelig is voor invloeden van bui-
Vroeggeboorten
tenaf (een ‘veilige haven’ voor bacteriën), in de mond, de toe-
Een normale zwangerschap duurt 37 tot 43 weken, gemeten
gangspoort voor micro-organismen tot het menselijk lichaam.
vanaf de eerste dag van de laatste menstruatie tot aan de geboor-
In het eerste deel van dit literatuuronderzoek werden de moge-
te. Als de geboorte vóór de 37e week plaatsvindt, spreekt men van
lijke gevolgen van de translocatie van micro-organismen uit de
een vroeggeboorte. In 1999 bedroeg het aantal te vroeg geboren
mondholte geïllustreerd aan de hand van de verhoogde relatie-
baby’s in Nederland 79 per 1.000 levendgeborenen. Vaak hebben
ve kans die ouderen en patiënten op de intensive care lopen op
te vroeg geboren kinderen ook een laag geboortegewicht (min-
het ontwikkelen van luchtweginfecties, en de verhoogde relatie-
der dan 2.500 gram, definitie World Health Organization).
ve kans die parodontitispatiënten hebben op het ontwikkelen van
Vroeggeboorten verhogen de morbiditeit (zoals beperkingen en
hart- en vaatziekten (elders in dit themanummer Nesse et al,
handicaps) en de mortaliteit voor de pasgeborene, vooral in com-
2006). Verschillende andere aandoeningen lijken ook geassoci-
binatie met een laag geboortegewicht. De sterfte door vroegge-
Thema: Medisch-tandheelkundige interactie
tegewicht hebben, verhoogd in vergelijking met vrouwen die eenongecompliceerde zwangerschap hebben. Hoe hoger de PGE2-concentratie in de gingivo-creviculaire vloeistof, hoe korter deduur van de zwangerschap en hoe lager het geboortegewicht vanhet kind (Offenbacher et al, 1998). De PGE2-concentraties in hetvruchtwater rondom het ongeboren kind zijn hoger indien meerparopathogene bacteriën in de subgingivale plaque aanwezig zijn(Dortbudak et al, 2005). Dit geeft aanleiding tot de veronder-stelling dat het eventuele verband tussen parodontitis en vroeg-geboorte of laag geboortegewicht mogelijk berust op het vrijko-men van ontstekingsmediatoren zoals PGE2 (afb. 1). Het isonduidelijk of een dergelijke associatie met de PGE2-concentra-tie ook bestaat bij chronische infecties elders in het lichaam.
Naast PGE2 zou ook translocatie van micro-organismen uit
Onstekingsmediatoren: Translocatie micro-organismen: Prostaglandine E2 Foetaal IgM tegen C. rectus en P. intermedia
de mond naar het urogenitale stelsel een rol kunnen spelen bijhet verband tussen parodontitis en vroeggeboorte of laag geboor-tegewicht. Kinderen die te vroeg geboren worden, bezitten vakerantilichamen tegen orale micro-organismen in het bloed (bij-voorbeeld IgM tegen Campylobacter rectus en Prevotella inter-media) dan kinderen die na een normale zwangerschapsduurworden geboren (Madianos et al, 2001).
Het merendeel van de onderzochte onderzoeken (21 van de
29) toont een significant positief verband tussen parodontitis bijde moeder en vroeggeboorte of laag geboortegewicht van hetkind. Een zwangere vrouw met parodontitis heeft een 2 tot 7maal zo hoge kans op een vroeggeboorte en/of een kind met eenlaag geboortegewicht dan een parodontaal gezonde zwangerevrouw (Offenbacher et al, 1996; Dasanayake et al, 2001; Jeffcoatet al, 2001; Madianos et al, 2001; Goepfert et al, 2004; Mokeemet al, 2004; Marin et al, 2005; Moliterno et al, 2005). Deze resul-taten moeten echter met enige voorzichtigheid worden geïnter-preteerd. De definities en wijzen van vaststellen van parodonti-tis verschillen sterk tussen de onderzoeken, waardoor het moeilijkis eenduidige conclusies te trekken. Bij veel onderzoeken bestaat
Afb. 1. Bij de relatie tussen parodontitis en vroeggeboorte of laag
een reële kans op selectiebias (door inadequate randomisatie) en
geboortegewicht zouden de translocatie van micro-organismen uit de mond
confounding (door onvoldoende identificatie van en correctie
en een systemische ontstekingsreactie een rol kunnen spelen.
voor verstorende variabelen). Dit geldt vooral voor patiënt-con-troleonderzoek met relatief kleine aantallen patiënten (Offen-bacher et al, 1996; Goepfert et al, 2004; Mokeem et al, 2004;
boorte neemt toe naarmate de zwangerschapsduur korter is, van
Marin et al, 2005; Moliterno et al, 2005). Ook verschillen de
19,6% bij een zwangerschapsduur van 28-31 weken tot 72,4% bij
onderzoeken in sociaal-economische en demografische factoren.
een zwangerschapsduur van 22-27 weken (Nationaal Kompas
Juist deze factoren blijken van belang voor de uitkomst van het
Volksgezondheid, 2006). Bij een zwangerschapsduur van 32
onderzoek. Zo speelt de factor etniciteit een belangrijke rol: het
weken of minder (circa 1% van de levendgeborenen), heeft de
verband tussen parodontitis en vroeggeboorte of laag geboorte-
helft van de overlevende kinderen op 10-jarige leeftijd een beper-
gewicht is veel sterker in Afro-Amerikaanse populaties dan in
Kaukasische populaties (Dasanayake et al, 2001; Jeffcoat et al,
Prostaglandine E2 (PGE2) wordt tijdens een ontsteking in het
2001; Offenbacher et al, 2001). Hierbij moet worden aangetekend
lichaam geproduceerd. PGE2 zorgt onder andere voor vaatver-
dat geïncludeerde Afro-Amerikanen meer en ernstiger vormen
wijding en verhoogde gevoeligheid voor pijn. Gedurende de
van parodontitis hebben dan andere onderzochte populaties.
zwangerschap stijgt de concentratie van PGE2 in het bloed van
Met betrekking tot de 8 onderzoeken die geen statistisch sig-
de zwangere langzaam. Tijdens de bevalling wordt een piek in de
nificant verband konden aantonen tussen parodontitis en vroeg-
PGE2-concentratie bereikt waardoor het samentrekken van de
geboorte of laag geboortegewicht, valt naast de reeds genoemde
baarmoeder wordt gestimuleerd. PGE2 speelt dus niet alleen een
kritiekpunten nog een aantal andere zaken op (Mitchell-Lewis et
rol bij een ontstekingsreactie, maar ook bij het normale verloop
al, 2001; Davenport et al, 2002; Moore et al, 2004a; Moore et al,
2004b; Buduneli et al, 2005; Lunardelli et al, 2005; Moore et al,
Parodontitis veroorzaakt een verhoging van de PGE2-spiegels
2005; Noack et al, 2005). In 4 onderzoeken werd de parodontale
in de gingivo-creviculaire vloeistof (Champagne et al, 2003). De
status slechts op 2 plaatsen per gebitselement geëvalueerd, het-
PGE2-concentratie in de gingivo-creviculaire vloeistof is bij
geen tot een onderschatting van de mate van parodontitis kan
vrouwen die een vroeggeboorte en/of een kind met laag geboor-
leiden (Mitchell-Lewis et al, 2001; Moore et al, 2004a; Moore et
Nesse e.a.: Parodontitis en algemene gezondheid 2
al, 2004b; Moore et al, 2005). Opmerkelijk was wel dat in 1 van
1996). Ook is de concentratie HbA1c, een maat voor de bloed-
deze onderzoeken weliswaar geen verband tussen vroeggeboor-
suikerspiegel over een langere periode, significant hoger in dia-
ten of een laag geboortegewicht en parodontitis kon worden aan-
beten met ernstige parodontitis ten opzichte van diabetespatiën-
getoond, maar wel een significant verband tussen de ernst van
ten zonder parodontitis (Collin et al, 1998). Ten slotte lijkt
parodontitis en het krijgen van een miskraam (Moore et al,
parodontitis geassocieerd te zijn met de mortaliteit van patiën-
2004a). Verder worden in sommige onderzoeken vrouwen met
ten met type–II-diabetes. Het aantal sterfgevallen per 1.000 was
preëclampsie geëxcludeerd (Moore et al, 2004b; Buduneli et al,
3,7 per jaar voor diabetespatiënten met geen of milde parodon-
2005). Preëclampsie is een aan de zwangerschap gerelateerd ziek-
titis, 19,6 per jaar voor diabetespatiënten met matige parodon-
tebeeld dat wordt gekenmerkt door toegenomen verlies van eiwit
titis en 28,4 per jaar voor diabetespatiënten met ernstige paro-
in de urine, hoofdpijn, visusstoornissen, misselijkheid, braken,
dyspneu en bloeddrukstijging. Recent onderzoek suggereert ech-
Behandeling van parodontitis zou mogelijk kunnen leiden tot
ter ook een verband tussen preëclampsie en parodontitis.
een betere controle van de bloedsuikerspiegel, en daarmee
Derhalve is preëclampsie vermoedelijk onterecht als exclusiecri-
samenhangend tot reductie van de aan diabetes gerelateerde
terium gehanteerd, hetgeen een mogelijk verband kan maskeren
morbiditeit en mortaliteit (Taylor, 2001). Uit een gerandomiseerd
gecontroleerd onderzoek is naar voren gekomen dat mechani-
Er lijkt dus een statistisch significant verband tussen parod-
sche interventies (verwijderen tandplaque en tandsteen, zo nodig
ontitis en vroeggeboorte of laag geboortegewicht te bestaan.
aanpassen van restauraties, het uitvoeren van extracties en/of
Vervolgens rijst de vraag of het risico van zwangerschapsproble-
wortelkanaalbehandelingen) geen effect hebben op de bloedsui-
men gereduceerd kan worden door zwangeren met parodontitis
kerspiegel (gemeten als Hb1Ac-concentratie) 2 maanden na de
te behandelen of preventieve mondhygiënische maatregelen te
interventie (Aldridge et al, 1995). In een andere gerandomiseerd
nemen bij alle zwangere vrouwen. Tot op heden zijn slechts enke-
gecontroleerd onderzoek kregen diabetespatiënten met paro-
le interventieonderzoeken verricht die deze vraag proberen te
dontitis het antibioticum doxycycline en mechanische subgingi-
beantwoorden. Jeffcoat et al (2003) behandelden 123 zwangeren
vale gebitsreiniging, waarbij gespoeld werd met chloorhexidine,
(groep A) met mechanische subgingivale gebitsreiniging en een
povidonjood of water. De controlegroep, eveneens diabetespatiën-
placebo, 123 zwangeren (groep B) met mechanische subgingiva-
ten met parodontitis, kreeg géén antibiotica (wél een placebo) en
le gebitsreiniging én metronidazol en 120 zwangeren (groep C)
werd behandeld met mechanische subgingivale gebitsreiniging
met supragingivale reiniging in combinatie met een placebo. De
waarbij gespoeld werd met water. In dit onderzoek werd wel een
controlegroep D (geen interventie) bestond uit een historisch
effect gezien. Bij patiënten die met het antibioticum waren
cohort van 723 zwangeren uit dezelfde populatie. Prevalenties
behandeld, was na 3 maanden de Hb1Ac-spiegel significant ver-
van vroeggeboorte voor de groepen A, B, C en D waren respec-
laagd. Diabetespatiënten die niet met het antibioticum werden
tievelijk 4,1%, 12,5%, 8,9% en 12,7%. Opmerkelijk was dat
behandeld vertoonden geen verlaging van hun Hb1Ac-spiegel
metronidazol het gunstige effect van mechanische subgingivale
(Grossi et al, 1996; Grossi et al, 1997).
gebitsreiniging teniet lijkt te doen. Een mogelijke verklaring kan
Parodontale therapie waarbij geen antibioticum is inbegrepen,
zijn dat metronidazol een ongunstige invloed heeft op het onge-
lijkt weliswaar een verbetering van de parodontale status van dia-
boren kind. De omvang van de groepen was helaas te gering om
betespatiënten teweeg te brengen, maar lijkt geen effect te heb-
statistische significantie te bereiken. In een gerandomiseerd
ben op de bloedsuikerspiegel (Seppälä en Ainamo, 1994; Aldridge
gecontroleerd onderzoek werd door Lopez et al (2002) bij 400
et al, 1995; Smith et al, 1996; Westfelt et al, 1996; Christgau et al,
Chileense vrouwen met parodontitis het effect van mondhygië-
1998). Hierbij moet worden opgemerkt dat de follow-upperio-
ne-instructies, mechanische subgingivale gebitsreiniging en
de (meestal maximaal 2 maanden) vermoedelijk te kort is om een
mondspoeling met 0,12% chloorhexidine nagegaan. De helft van
verandering in Hb1Ac-concentratie vast te stellen. Het is opmer-
de vrouwen ontving de behandeling vóór de 28e week van de
kelijk dat parodontale therapie waarbij wél een antibioticum is
zwangerschap, de andere helft ontving de behandeling pas na de
inbegrepen zowel een verbetering in parodontale status als een
bevalling. De kans op vroeggeboorte of laag geboortegewicht in
verbetering in de bloedsuikerspiegel bij diabetespatiënten teweeg
de onbehandelde groep was 10,11% versus 1,84% in de behan-
lijkt te brengen (Williams et al, 1960; Miller et al, 1992; Grossi et
delde groep. Mogelijkerwijs zou het behandelen van parodonti-
al, 1997). Het onderliggende mechanisme behoeft nader onder-
tis bij zwangere vrouwen de kans op het optreden van vroegge-
boorte of laag geboortegewicht kunnen verlagen. Auto-immuunziekten Diabetes mellitus
Reumatoïde artritis is een chronische ontstekingsziekte die het
In Nederland heeft 3,2% van de vrouwen en 2,7% van de man-
synoviale membraan en de gewrichtsstructuren aantast. De ziek-
nen diabetes mellitus. Waarschijnlijk ligt de feitelijke prevalentie
te is meestal progressief en resulteert in pijnlijke, stijve en gezwol-
aanzienlijk hoger, omdat het aantal niet-gediagnosticeerde dia-
len gewrichten. Uiteindelijk kan reumatoïde artritis leiden tot
betespatiënten vermoedelijk hoog is. Diabetes is geassocieerd met
destructie en functieverlies van betrokken gewrichten. Reuma-
een toegenomen prevalentie en progressie van parodontitis. Bij
toïde artritis is een systeemziekte: naast gewrichten kunnen ook
diabetespatiënten met parodontitis is de bloedsuikerspiegel slech-
andere organen worden aangetast. De oorzaak is onbekend. Het
ter gereguleerd dan bij diabetespatiënten zonder parodontitis. Zo
is geassocieerd met genetische predispositie, auto-immuunreac-
blijken diabeten met ernstige parodontitis een 6 maal zo grote
ties en mogelijk met infectieuze prikkels. De prevalentie ligt rond
kans op problemen met het instellen van de bloedsuikerspiegels
de 1-3%, met een man-vrouwverhouding van 1:3 (Hazleman,
te bezitten dan diabeten met geringe parodontitis (Taylor et al,
Thema: Medisch-tandheelkundige interactie
de artritis en parodontitis. De precieze aard van dit verband is
Genetische predispositie: Immuunrespons op
nog onduidelijk. Bacteriën uit de microfilm in de mond zouden
> micro-organismen in het
kunnen fungeren als bron van lipopolysachariden die vanuit de
parodontium
circulatie de ontstekingsreactie bij reumatoïde artritis doen
opvlammen. Een andere verklaring zou kunnen zijn dat deimmuunstoornis, die aan reumatoïde artritis ten grondslag ligt,
deze patiënten gevoeliger maakt voor het ontwikkelen van paro-
Systemische Systemische
dontitis, hetzij door een minder effectieve immuunreactie tegen
immuunrespons: infectie:
parodontale pathogenen, hetzij door een verhoogde activiteit van
het immuunsysteem leidend tot weefseldestructie (afb. 2).
Naast een verband met reumatoïde artritis bestaat er mogelijk
ook een verband tussen parodontitis en andere auto-immuun-
ziekten, in het bijzonder het syndroom van Sjögren (Boutsi et al,2000; Schiodt et al, 2001; Kuru et al, 2002; Jorkjend et al, 2003). De resultaten van de onderzoeken naar de relatie met het syn-
droom van Sjögren zijn niet eenduidig. De verminderde speek-
Parodontitis: Reumatoïde artritis:
selsecretie kan als een mogelijke verstorende factor worden
beschouwd. Enerzijds kan de progressie van cariës door het
inadequate zelfreinigende vermogen van de mond zo snel gaan,
dat de gebitselementen al als verloren moeten worden beschouwdvoordat parodontitis zich ontwikkelt. Anderzijds zijn Sjögren-
Afb. 2. Mogelijke verbanden tussen parodontitis en reumatoïde artritis.
patiënten zich wellicht bewust van dit risico en onderhouden zijeen zeer strikte mondhygiëne.
Het onderzoek met betrekking tot de relatie tussen parodon-
Er zijn enkele opvallende overeenkomsten tussen reumatoïde
titis en het vóórkomen en/of de progressie van auto-immuun-
artritis en parodontitis. Beide kenmerken zich door langdurige
ziekten staat nog in de kinderschoenen. Nader onderzoek naar
ontstekingsprocessen, die uiteindelijk resulteren in bot- en bind-
zowel de gevolgen van de auto-immuunziekte voor de mondge-
weefseldestructie. De concentraties van algemene pro-inflam-
zondheid als het omgekeerde is daarom dringend gewenst.
matoire cytokines en ontstekingsmediatoren als IL-1, IL-6, TNF-alfa, PGE2 en CRP zijn bij beide verhoogd.
Lange tijd werd tandplaque hoofdverantwoordelijk geacht
Parodontitis is in een aantal opzichten een unieke vorm van
voor de progressie van parodontitis. Inmiddels is naar voren
infectie. Deels heeft dit te maken met het feit dat een geminera-
gekomen dat het natuurlijk beloop van parodontitis niet uitslui-
liseerde structuur (de tand) door dekweefsel naar buiten treedt,
tend afhankelijk is van de hoeveelheid tandplaque (Hirschfeld et
zodat een deel bloot staat aan invloeden van buitenaf terwijl een
al, 1978; McFall, 1982; Löe et al, 1986). Progressie van parodon-
ander deel is ingebed in bindweefsel. De tand vormt een opper-
titis lijkt samen te hangen met een scala aan factoren, waarbij de
vlak dat door bacteriën kan worden gekoloniseerd. In tegenstel-
genetische predispositie voor immunoregulerende genen en
ling tot andere dekweefsels schilfert het tandoppervlak niet af en
HLA-typeringen een belangrijke rol lijken te spelen (Michalowiczet al, 1991a; Michalowicz et al, 1991b; Alley et al, 1993; Bergströmen Preber, 1994; Hart et al, 1994; Kornman et al, 1997; Soory,
Afb. 3. Het wondoppervlak van een gegeneraliseerde parodontitis
2002). Parodontitis en reumatoïde artritis zijn dus multifactoriële
kan dezelfde afmetingen bezitten als het wondoppervlak op de foto.
ziekten. Bij parodontitis zijn bacteriën als duidelijke etiologische
Met dank aan prof. dr. L. Coppes, Amsterdam.
oorzaak bekend, terwijl de precieze oorzaak van reumatoïdeartritis nog onduidelijk is.
Uit de literatuur komt naar voren dat er mogelijk een verband
bestaat tussen het vóórkomen van reumatoïde artritis en paro-dontitis (Kasser et al, 1997; Gleissner et al, 1998; Albandar, 1990;Mercado et al, 2000; Mercado et al, 2001). Patiënten met paro-dontitis zouden 4 maal zoveel kans hebben om ook reumatoïdeartritis te hebben (Tolo en Jorkjend, 1990). Bovendien is de inci-dentie van reumatoïde artritis bij patiënten met parodontitis 3tot 4 maal groter dan in de algemene populatie (Mercado et al,2000). Omgekeerd zouden patiënten met reumatoïde artritis eengrotere kans hebben op het ontwikkelen van ernstige parodon-titis (Mercado et al, 2001). Hiermee is in overeenstemming datadolescenten met juveniele idiopathische artritis meer parodon-taal aanhechtingsverlies vertonen dan een gezonde controle-groep, ondanks vergelijkbare plaquescores (Miranda et al, 2003).
Deze onderzoeken suggereren een verband tussen reumatoï-
Nesse e.a.: Parodontitis en algemene gezondheid 2
vormt daardoor een relatief stabiel oppervlak. Het tandopper-
serum IgG and low birth weight. J Periodontol 2001; 72: 1491-1497.
vlak is niet doorbloed, wat een adequate afweer tegen micro-
> Davenport ES, Williams CE, Sterne JA, Murad S, Sivapathasundram V,
organismen in de weg staat. Bacteriën die het tandoppervlak
Curtis MA. Maternal periodontal disease and preterm low birth-
koloniseren zijn georganiseerd in een zogenaamde biofilm, een
weight: case-control study. J Dent Res 2002; 81: 313-318.
micromilieu dat de accumulatie en proliferatie van bacteriën
> Dortbudak O, Eberhardt R, Ulm M, Persson GR. Periodontitis, a mar-
bevordert en dat vrij ongevoelig is voor invloeden van buitenaf.
ker of risk in pregnancy for preterm birth. J Clin Periodontol 2005;
Deze biofilm staat op zijn beurt in contact met het parodontale
weefsel. Al deze factoren maken dat parodontitis bij uitstek een
> Gleissner C, Willershausen B, Kaesser U, Bolten WW. The role of risk
chronische infectiebron is die bij zou kunnen dragen aan het ont-
factors for periodontal disease in patients with rheumatoid arthritis.
staan van algemeen lichamelijke aandoeningen. Bacteriën of bac-
teriële producten zouden de systeemcirculatie kunnen betreden. > Goepfert AR, Jeffcoat MK, Andrews WW, et al. Periodontal disease
Naast bacteriële producten zijn ook verhoogde concentraties van
and upper genital tract inflammation in early spontaneous preterm
ontstekingsmediatoren in de circulatie aantoonbaar. Bij paro-
birth. Obstet Gynaecol 2004; 104: 777-783.
dontitispatiënten is de serumconcentratie C-reactief proteïne bij-
> Grossi SG, Skrepcinski FB, DeCaro T, Zambon JJ, Cummins D, Genco RJ. Response to periodontal therapy in diabetics and smokers. J
Parodontitis lijkt dus naast een lokale, ook een systemische
component te bevatten. Dit lijkt voor de hand te liggen wanneer
> Grossi SG, Skrepcinski FB, DeCaro T, et al. Treatment of periodontal
men zich realiseert dat iemand met ernstige gegeneraliseerde
disease in diabetics reduces glycated hemoglobin. J Periodontol
parodontitis een groot oppervlak van ontstoken weefsel met zich
meedraagt, wat relatief onopgemerkt plaats kan vinden (afb. 3). > Hart TC, Shapira L, Van Dyke TE. Neutrophil defects as risk factors
Een beter begrip van het verband tussen aandoeningen in de
for periodontal diseases. J Periodontol 1994; 65: 521-529.
mond en aandoeningen elders in het lichaam zou kunnen bij-
> Hazleman B. Musculoskeletal and connective tissue disease. In: Sou-
dragen aan zowel een betere mondgezondheid als aan een bete-
hami RL, Moxham J. Textbook of medicine. London: Churchill
> Hirschfeld L, Wasserman B. A long-term survey of tooth loss in 600 Literatuur
treated periodontal patients. J Periodontol 1978; 49: 225-237. > Albander JM. Some predictors of radiographic alveolar bone height > Jeffcoat MK, Geurs NC, Reddy MS, Cliver SP, Goldenberg RL, Hauth
reduction over 6 years. J Periodontal Res 1990; 25: 186-192. JC. Periodontal infection and preterm birth: results of a prospective
> Aldridge JP, Lester V, Watts TL, Collins A, Viberti G, Wilson RF. Single-
study. J Am Dent Assoc 2001; 132: 875-880.
blind studies of the effects of improved periodontal health on meta-
> Jeffcoat MK, Hauth JC, Geurs NC, et al. Periodontal disease and pre-
bolic control in type 1 diabetes mellitus. J Clin Periodontol 1995; 22:
term birth: results of a pilot intervention study. J Periodontol 2003;
> Alley CS, Reinhardt RA, Maze CA, et al. HLA-D and T lymphocyte > Jorkjend L, Johansson A, Johansson AK, Bergenholtz A. Periodontitis,
reactivity to specific periodontal pathogens in type 1 diabetic peri-
caries and salivary factors in Sjogren’s syndrome patients compared
odontitis. J Periodontol 1993; 64: 974-979.
to sex- and age-matched controls. J Oral Rehabil 2003; 30: 369-378. > Bergstrom J, Preber H. Tobacco use as a risk factor. J Periodontol 1994; > Kasser UR, Gleissner C, Dehne F, Michel A, Willershausen-Zonnchen B, Bolten WW. Risk for periodontal disease in patients with long-
> Boggess KA, Lieff S, Murtha AP, Moss K, Beck J, Offenbacher S.
standing rheumatoid arthritis. Arthritis Rheum 1997; 40: 2248-2251.
Maternal periodontal disease is associated with an increased risk for
> Kornman KS, Crane A, Wang HY, et al. The interleukin-1 genotype as
preeclampsia. Obstet Gynecol 2003; 101: 227-231.
a severity factor in adult periodontal disease. J Clin Periodontol
> Boutsi EA, Paikos S, Dafni UG, Moutsopoulos HM, Skopouli FN.
Dental and periodontal status of Sjogren’s syndrome. J Clin
> Kuru B, McCullough MJ, Yilmaz S, Porter SR. Clinical and microbio-
logical studies of periodontal disease in Sjogren syndrome patients. > Buduneli N, Baylas H, Buduneli E, Turkoglu O, Kose T, Dahlen G.
J Clin Periodontol 2002; 29: 92-102.
Periodontal infections and pre-term low birth weight: a case-control
> Loë H, Anerud A, Boysen H, Morrison E. Natural history of periodon-
study. J Clin Periodontol 2005; 32: 174-181.
tal disease in man. Rapid, moderate and no loss of attachment in Sri
> Champagne CM, Buchanan W, Reddy MS, Preisser JS, Beck JD,
Lankan laborers 14 to 46 years of age. J Clin Periodontol 1986; 13:
Offenbacher S. Potential for gingival crevice fluid measures as pre-
dictors of risk for periodontal diseases. Periodontol 2000 2003; 31:
> Lopez NJ, SmithPC, Gutierrez J. Higherriskof pretermbirthandlow birth
weight in women with periodontal disease. J Dent Res 2002; 81: 58-63. > Christgau M, Palitzsch KD, Schmalz G, Kreiner U, Frenzel S. Healing > Lunardelli AN, Peres MA. Is there an association between periodon-
response to non-surgical periodontal therapy in patients with diabe-
tal disease, prematurity and low birth weight? A population-based
tes mellitus: clinical, microbiological, and immunologic results. J
study. J Clin Periodontol 2005; 32: 938-946. > Madianos PN, Lieff S, Murtha AP, et al. Maternal periodontitis and > Collin HL, Uusitupa M, Niskanen L, et al. Periodontal findings in
prematurity. Part II: Maternal infection and fetal exposure. Ann
elderly patients with non-insulin dependent diabetes mellitus. J
> Marin C, Segura-Egea JJ, Martinez-Sahuquillo A, Bullon P. Corre- > Dasanayake AP, Boyd D, Madianos PN, Offenbacher S, Hills E. The
lation between infant birth weight and mother’s periodontal status.
association between Porphyromonas gingivalis-specific maternal
J Clin Periodontol 2005; 32: 299-304. Thema: Medisch-tandheelkundige interactie > McFall WT Jr. Tooth loss in 100 treated patients with periodontal > Schiodt M, Christensen LB, Petersen PE, Thorn JJ. Periodontal disea-
disease. A long-term study. J Periodontol 1982; 53: 539-549.
se in primary Sjogren’s syndrome. Oral Dis 2001; 7: 106-108. > Mercado F, Marshall RI, Klestov AC, Bartold PM. Is there a relations- > Seppälä B, Ainamo J. A site-by-site follow-up study on the effect of
hip between rheumatoid arthritis and periodontal disease? J Clin
controlled versus poorly controlled insulin-dependent diabetes mel-
litus. J Clin Periodontol 1994; 21: 161-165. > Mercado FB, Marshall RI, Klestov AC, Bartold PM. Relationship be- > Smith GT, Greenbaum CJ, Johnson BD, Persson GR. Short-term res-
tween rheumatoid arthritis and periodontitis. J Periodontol 2001;
ponses to periodontal therapy in insulin-dependent diabetic
patients. J Periodontol 1996; 67: 794-802. > Michalowicz BS, Aeppli DP, Kuba RK, et al. A twin study of genetic > Soory M. Hormone mediation of immune responses in the progres-
variation in proportional radiographic alveolar bone height. J Dent
sion of diabetes, rheumatoid arthritis and periodontal diseases. Curr
Drug Targets Immune Endocr Metabol Disord 2002; 2: 13-25. > Michalowicz BS, Aeppli D, Virag JG, et al. Periodontal findings in > Taylor GW, Burt BA, Becker MP, et al. Severe periodontitis and risk
adult twins. J Periodontol 1991b; 62: 293-299.
for poor glycemic control in patients with non-insulin-dependent
> Miller LS, Manwell MA, Newbold D, et al. The relationship between
diabetes mellitus. J Periodontol 1996; 67: 1085-1093.
reduction in periodontal inflammation and diabetes control: a
> Taylor GW. Bidirectional interrelationships between diabetes and
report of 9 cases. J Periodontol 1992; 63: 843-848.
periodontal diseases: an epidemiologic perspective. Ann Periodontol
> Miranda LA, Fischer RG, Sztajnbok FR, Figueredo CM, Gustafsson A.
Periodontal conditions in patients with juvenile idiopathic arthritis. > Tolo K, Jorkjend L. Serum antibodies and loss of periodontal bone in
J Clin Periodontol 2003; 30: 969-974.
patients with rheumatoid arthritis. J Clin Periodontol 1990; 17: 288-
> Mitchell-Lewis D, Engebretson SP, Chen J, Lamster IB, Papapanou PN.
Periodontal infections and pre-term birth: early findings from a
> Westfelt E, Rylander H, Blohme G, Jonasson P, Lindhe J. The effect of
cohort of young minority women in New York. Eur J Oral Sci 2001;
periodontal therapy in diabetics. Results after 5 years. J Clin
> Mokeem SA, Molla GN, Al-Jewair TS. The prevalence and relation- > Williams RC Jr, Mahan CJ. Periodontal disease and diabetes in young
ship between periodontal disease and pre-term low birth weight
infants at King Khalid University Hospital in Riyadh, Saudi Arabia. J
> Moliterno LF, Monteiro B, Figueredo CM, Fischer RG. Association
between periodontitis and low birth weight: a case-control study.
J Clin Periodontol 2005; 32: 886-890. Links between periodontal disease and general > Moore S, Ide M, Coward PY, et al. A prospective study to investigate health 2. Preterm birth, diabetes and autoimmune
the relationship between periodontal disease and adverse pregnancy
diseases
outcome. Br Dent J 2004a; 197: 251-258.
The condition of the periodontium may effect people’s general
> Moore S, Ide M, Randhawa M, Walker JJ, Reid JG, Simpson NA. An
health. There is evidence of a correlation between periodontal disease
investigation into the association among preterm birth, cytokine
and preterm birth or low birth weight. In pregnant women with
gene polymorphisms and periodontal disease. BJOG 2004b; 111:
periodontal disease, scaling and root planing seems to reduce the risk
of preterm birth or low birth weight. Furthermore, periodontal
> Moore S, Randhawa M, Ide M. A case-control study to investigate an
disease appears to have an adverse effect on glycemic control in
association between adverse pregnancy outcome and periodontal
diabetics. However, periodontal treatment as a means to glycemic
disease. J Clin Periodontol 2005; 32: 1-5.
control is restricted unless it includes the use of systemic antibiotics. > Nationaal Kompas Volksgezondheid. Bilthoven: RIVM, 2006 (versie
Slowly, a possible correlation between periodontal disease and
autoimmune diseases is emerging. Further research into the
> Nesse W, Spijkervet FKL, Abbas F, Vissink A. Relatie tussen parodon-
correlations between periodontal disease and systemic health is
tale gezondheid en algemene gezondheid 1. Luchtweginfecties en
desirable and might well result in new therapeutic options.
hart- en vaatziekten. Ned Tijdschr Tandheelkd 2006; 113: 186-190. > Noack B, Klingenberg J, Weigelt J, Hoffmann T. Periodontal status and
preterm low birth weight: a case control study. J Periodontal Res
Uit 1de afdeling Kaakchirurgie en 2de Disciplinegroep Tandheelkunde
> Offenbacher S, Jared HL, O’Reilly PG, et al. Potential pathogenic
en Mondzorgkunde van het Universitair Medisch Centrum Groningen
mechanisms of periodontitis associated pregnancy complications. > Offenbacher S, Katz V, Fertik G, et al. Periodontal infection as a pos-
Adres: W. Nesse, UMC Groningen, postbus 30.001, 9700 RB Groningen
sible risk factor for preterm low birth weight. J Periodontol 1996; 67:
> Offenbacher S, Lieff S, Boggess KA, et al. Maternal periodontitis and
prematurity. Part I: Obstetric outcome of prematurity and growth
restriction. Ann Periodontol 2001; 6: 164-174. > Saremi A, Nelson RG, Tulloch-Reid M, et al. Periodontal disease and
mortality in type 2 diabetes. Diabetes Care 2005; 28: 27-32.
Akiyama T, Mizuta T, Kawazoe S, Eguchi Y, Kawaguchi Y, Takahashi H, Ozaki I, Fujimoto K. , 2011: Bodymass index is associated with age-at-onset of HCV-infected hepatocellular carcinoma patients. World J Gas-Eguchi Y, Mizuta T, Sumida Y, Ishibashi E, Kitajima Y, Isoda H, Horie H, Tashiro T, Iwamoto E, Takahashi H,Kwashiorkor T, Soejima S, Kawaguchi Y, Oda Y, Emura S, Iwakiri R, Ozaki I, Euchar T
POTENTIAL TREATMENTS FOR CREUTZFELDT-JAKOB DISEASE (& OTHER HUMAN PRION DISEASES) Professor RSG Knight, NCJDRSU updated August 2012 Creutzfeldt-Jakob disease and other human prion diseases are invariably progressive and fatal; there is currently no proven treatment for the underlying disease process. The identification of possible treatments can be based on theoretical co