Microsoft word - t bijlage 7 onderzoek luchtkwaliteit
Onderzoek Luchtkwaliteit
Deze bijlage bevat het luchtkwaliteitsonderzoek en is de verantwoording voor de toelichting (para- graaf 5.10). In de eerste paragraaf van deze bijlage zijn het geldende beleid en de daarbij horende normering weergeven. De tweede paragraaf is gebruikt om het daadwerkelijke uitgevoerde lucht- kwaliteitsonderzoek weer te geven met daarin onder andere de uitgangspunten en conclusies. 1. Beleidskader en normstelling
Het toetsingskader voor luchtkwaliteit wordt gevormd door de Wet luchtkwaliteit (Wlk). De Wlk bevat grenswaarden voor zwaveldioxide, stikstofdioxide en stikstofoxiden, fijn stof, lood, koolmo- noxide en benzeen. Voor luchtkwaliteit als gevolg van wegverkeer is stikstofdioxide (NO2, jaarge- middelde) het meest maatgevend, aangezien deze stof door de invloed van het wegverkeer het snelst een overschrijding van de grenswaarde uit de Wlk veroorzaakt1). Daarnaast zijn ook de con- centraties van fijn stof (PM10, jaar- en daggemiddelde) van belang. Andere stoffen uit de Wlk heb- ben een beperkte invloed op de luchtkwaliteit bij wegen en worden daarom bij deze toetsing buiten beschouwing gelaten. De grenswaarden van de laatstgenoemde stoffen zijn in tabel 1 weergege- ven. De grenswaarden gelden voor de buitenlucht, met uitzondering van een werkplek in de zin van de Arbeidsomstandighedenwet. Tabel 1. Grenswaarden maatgevende stoffen Wlk
toetsing van grenswaarde
concentratie max. 35 keer p.j. tot en met 10 juni
concentratie max. 35 keer p.j. vanaf 11 juni 2011
Bij de beoordeling hiervan blijven de aanwezige concentraties van zeezout buiten beschouwing (volgens de bij de Wlk behorende Regeling beoordeling Luchtkwaliteit 2007).
1) Uit ervaring blijkt dat de grenswaarde voor de uurgemiddelde concentratie van stikstofdioxide in Nederland
pas wordt overschreden bij een jaargemiddelde concentratie boven 82 µg/m³. Dergelijke concentraties zijn niet te verwachten in en om het projectgebied en uit onderstaande berekeningen blijkt dat de concentraties aanzienlijk lager zijn.
Op grond van artikel 5.16 van de Wlk kunnen bestuursorganen bevoegdheden die gevolgen kunnen hebben voor de luchtkwaliteit uitoefenen indien: -
de bevoegdheden / ontwikkelingen niet leiden tot een overschrijding van de grenswaarden (lid 1 onder a);
de concentratie in de buitenlucht van de desbetreffende stof als gevolg van de uitoefening van die bevoegdheden per saldo verbetert of ten minste gelijk blijft (lid 1 onder b1);
bij een beperkte toename van de concentratie van de desbetreffende stof, door een met de uitoefening van de betreffende bevoegdheid samenhangende maatregel of een door die uit-oefening optredend effect, de luchtkwaliteit per saldo verbetert (lid 1 onder b2);
de bevoegdheden / ontwikkelingen niet in betekenende mate bijdragen aan de concentratie in de buitenlucht (lid 1 onder c);
het voorgenomen besluit is genoemd of past binnen het omschreven Nationaal Samen-werkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL) of een vergelijkbaar programma dat gericht is op het bereiken van de grenswaarden (lid 1 onder d).
In het kader van een goede ruimtelijke ordening wordt bij het opstellen van een ruimtelijke onder-bouwing uit oogpunt van de bescherming van de gezondheid van de mens tevens rekening gehou-den met de luchtkwaliteit. Regeling beoordeling Luchtkwaliteit 2007 Op grond van de Wlk is bepaald dat concentraties van stoffen die zich van nature in de buitenlucht bevinden en die niet schadelijk zijn voor de volksgezondheid, bij de beoordeling van de grenswaar-den voor fijn stof buiten beschouwing worden gelaten. In de Regeling beoordeling Luchtkwaliteit 2007 is bepaald dat alleen de bijdrage van zeezout kan worden afgetrokken van de concentratie fijn stof. Aangegeven is hoe groot de aftrek van het jaargemiddelde en 24-uurgemiddelde per ge-meente bedraagt. Voor de gemeente Terneuzen bedraagt de aftrek voor het jaargemiddelde fijn stof 5 μg / m³ en voor het 24-uurgemiddelde 6 overschrijdingen per jaar. De regels voor het meten en berekenen van de gevolgen voor de luchtkwaliteit staan eveneens beschreven in deze Regeling. Er wordt onderscheid gemaakt tussen drie verschillende situaties (binnenstedelijk, buitenstedelijk en industriële bronnen), per situatie is bepaald welke standaardre-kenmethode (SRM) gebruikt mag worden. Er mag van een andere methode gebruik worden ge-maakt indien deze is goedgekeurd door het Ministerie van VROM. In het Meet- en rekenvoorschrift is tevens aangegeven welke gegevens gebruikt worden bij het maken van de berekening en op welke wijze de berekeningsresultaten worden afgerond. Regeling "niet in de betekende mate"(NIBM) In dit Besluit is exact bepaald in welke gevallen een project vanwege de gevolgen voor de lucht-kwaliteit niet aan de grenswaarden hoeft te worden getoetst. Hierbij worden 2 situaties onder-scheiden: -
een project heeft een effect van minder dan 3% van de jaargemiddelde grenswaarde NO2 en PM10 (= 1,2 μg / m³);
een project valt in een categorie die is vrijgesteld aan toetsing aan de grenswaarden; deze categorie betreft onder andere woningbouw met niet meer dan 1.500 woningen bij één ont-sluitingsweg.
2. Onderzoek luchtkwaliteit Uitgangspunten onderzoek luchtkwaliteit Met behulp van de NIBM-berekeningstool van het ministerie van VROM is berekend dat de ontwik- kelingen mogelijk in betekende mate kunnen bijdrage aan de verslechtering van de luchtkwaliteit en dat er berekeningen met een (indicatief) model nodig zijn om dit nader te bepalen. Daarom
worden in dit luchtkwaliteitsonderzoek berekeningen uitgevoerd langs de maatgevende ontslui- tende Koegorsstraat. Indien direct langs deze weg wordt voldaan aan de grenswaarden uit het Wlk, kan zonder verdere berekeningen geconcludeerd worden dat dit ook het geval is ter plaatse van de ontwikkeling. Tevens wordt in het kader van een goede ruimtelijke ordening inzicht gegeven in de luchtkwaliteit in de omgeving van de geplande ontwikkeling. Onderzoeksmethode De luchtkwaliteit als gevolg van de nabijgelegen wegen is berekend met behulp van het CAR II- programma1). Het CAR II-programma geldt als het standaardrekenprogramma voor luchtkwaliteit in binnenstedelijke situaties met enige vorm van bebouwing. Het plangebied en zijn omgeving wordt als zodanig aangeduid. Het CAR-programma kan berekeningen uitvoeren voor de maatge- vende stoffen fijn stof (PM10) en stikstofdioxide. Hierdoor is het programma geschikt voor het verkrijgen van een algemeen beeld van de luchtkwaliteit en voor het opsporen van knelpunten. Invoergegevens De verkeersintensiteiten op de relevante Koegorsstraat is weergegeven in tabel 2. De bron en be- werkingen van de gegevens zijn verantwoord in de paragraaf 3.10 (verkeer en vervoer). Tabel 2. Verkeersintensiteiten
Naast de verkeerintensiteiten zijn ook andere invoergegevens van belang. In tabel 3 zijn deze ge- gevens weergegeven. de werkelijke voertuigverdeling is niet bekend. Er is voor gekozen aan te sluiten bij landelijke gemiddelden die horen bij ontsluitingswegen op bedrijventerreinen. Tabel 3. Overige gegevens
straatnaam RD-coördinaten voertuigver- snelheids- deling (licht middelzwaar / X Y zwaar verkeer) Koegorsstraat 48200
0.8368 / 0.0967 2 buitenweg 1 5 / 0.0665
RD-coördinaten Het gaat hier om de Rijksdriehoekscoördinaten ter hoogte van de locatie waarvoor de luchtkwali-teitsberekening wordt uitgevoerd. Aan de hand van deze coördinaten vindt de toedeling van de achtergrondconcentratie aan een bepaalde straat plaats. CARII selecteert automatisch de bijbeho-rende achtergrondconcentratie. Voertuigverdeling De werkelijke voertuigverdeling is niet bekend. Er is voor gekozen aan te sluiten bij landelijke ge-middelden die horen bij ontsluitingswegen op bedrijventerreinen.
1) Web based Calculation of Air pollution from Road traffic-programma II, versie 8.1, 2009.
Wegtype In het CARII-model worden 5 wegtypen onderscheiden. Een wegtype wordt beschreven aan de hand van de bebouwing langs de weg. De volgende wegtypen worden onderscheiden: 1. weg door open terrein, incidenteel gebouwen of bomen binnen een straal van 100 meter; 2. basistype, alle wegen anders dan type 1, 3a, 3b of 4; 3a. beide zijden van de weg bebouwing, afstand wegas-gevel is kleiner dan 3 maal de hoogte van de bebouwing, maar groter dan 1,5 maal de hoogte van de bebouwing; 3b. beide zijden van de weg bebouwing, afstand wegas-gevel is kleiner dan 1,5 maal de hoogte van de bebouwing (street canyon); 4. eenzijdige bebouwing, weg met aan één zijde min of meer aaneengesloten bebouwing op een afstand van minder dan 3 maal de hoogte van de bebouwing. Snelheidstype De hoogte van de emissiefactor is afhankelijk van de rijsnelheid / snelheidstypering. De volgende snelheidstyperingen worden onderscheiden: "snelweg algemeen" typisch snelwegverkeer, een gemiddelde snelheid van ongeveer 65 km / uur, gemiddeld circa 0.2 stops per afgelegde kilometer; "buitenweg algemeen" typisch buitenwegverkeer, een gemiddelde snelheid van ongeveer 60 km / uur, gemiddeld circa 0.2 stops per afgelegde kilometer; "stadsverkeer met minder congestie" stadsverkeer met een relatief groter aandeel "free-flow" rijgedrag, een gemiddelde snelheid tussen de 30 en 45 km / uur, gemiddeld circa 1.5 stop per afgelegde kilometer; "normaal stadsverkeer" typisch stadsverkeer met een redelijke mate van congestie, een gemid- delde snelheid tussen de 15 en 30 km / uur, gemiddeld ca. 2 stops per afgelegde kilometer; "stagnerend stadsverkeer" stadsverkeer met een grote mate van congestie, een gemiddelde snelheid kleiner dan 15 km / uur, gemiddeld circa 10 stops per afgelegde kilometer. In sommige situaties komt het voor dat de gewenste rijsnelheid niet in het bovenstaande lijstje voorkomt (bijvoorbeeld een provinciale weg waar 80 gereden mag worden). In dat geval zal een keuze gemaakt moeten worden voor een snelheidstypering. Er wordt dan gekeken naar de snel- heidstypering die het meest vergelijkbaar is. Bomenfactor De bomenfactor is een maat voor de aanwezigheid van bomen. Drie bomenfactoren worden onder- scheiden: 1
hier en daar bomen of in het geheel niet;
één of meer rijen bomen met een onderlinge afstand van minder dan 15 meter met openingen tussen de kronen;
de kronen raken elkaar en overspannen minstens een derde gedeelte van de straat-breedte.
Afstand tot de wegas In het onderzoek is een berekening gemaakt als worst case situatie op 5 meter afstand van de wegas. Indien hier (direct langs de weg) voldaan wordt aan de grenswaarden uit de Wlk, kan zon- der verdere berekeningen geconcludeerd worden dat dit ook het geval is ter plaatse van de ontwik- keling. Berekeningsresultaten en conclusie In tabel 4 zijn de resultaten van de berekeningen ten behoeve van de toetsing luchtkwaliteit langs de relevante Koegorsstraat weergegeven voor 2009, 2010 en 2020. Op grond van de Wlk mag voor fijn stof de bijdrage van zeezout worden afgetrokken van de berekende waarden. Tabel 4. Berekeningsresultaten luchtkwaliteit
locatie stikstofdioxide fijn stof (PM10) fijn stof (PM10) (NO2) jaargemid- jaargemiddelde 24-uurgemid- (in μg / m³) delde (aantal (in μg / m³) overschrijdingen p. j.)
* Inclusief aftrek bijdrage zeezout voor fijn stof. Uit tabel 4 blijkt dat langs de getoetste Koegorsstraat in alle drie de (prognose)jaren ruimschoots wordt voldaan aan de grenswaarden uit de Wlk, ook na realisatie van de beoogde ontwikkelingen. Overigens zal de concentratie luchtverontreinigende stoffen na realisatie van de ontwikkelingen wel in enige mate toenemen. Echter ook dan wordt ruimschoots aan de grenswaarden voldaan. Aange-zien langs de onderzochte weg geen grenswaarden uit de Wlk worden overschreden, zal ook ter plaatse van de beoogde ontwikkelingen aan de grenswaarden uit de Wlk worden voldaan. De Wlk staat de realisatie van de ontwikkelingen dan niet in de weg.
PREFERRED GENERIC DRUG LIST These discount programs are NOT health insurance policies and are not intended as a substitute for insurance. The programs do not qualify as a minimum creditable coverage under Massachusetts law or where prohibited by law. The programs only provide for discounts on health services from participating pharmacies, and the range of the discounts will vary depending o
Paediatric Canadian Access Targets for Surgery (P-CATS) *Wait 1 is defined as the time from referral to a specialist to the initial specialist consultation. **Wait 2 is defined as the time between the date on which a decision is made to proceed with surgery and the surgery date. P-CATS Prioirty Classification TablePriority Classification Canadian Paediatric Surgical Wait Times (CPSWT) Proj